* ancien : vanaf 6 maanden bij het leger.
* biermarschang : bierhandelaar op ronde.
* biestemarsang : dierenhandelaar.
* bleu : recruut, eerste 6 maand bij het leger.
* blommiest : bloemist.
* boefre : beroepsmilitair, alles opeter.
* beurmiestre : burgemeester.
* doppre : werkloze, stempelaar.
* d�spetie : siezoen arbeider aan de dorsmachiene.
* garde : rijkswacht.
* dieplom : diploma.
* gazzepiete : gasflessenverdeler op ronde, gasventer.
* karotetrekre, karotjee : plantrekker.
* kant'nier : kantenier, kantonnier.
* kolputtre : mijnwerker.
* kofvekuisre : schoorsteenveger.
* kunstemokkre : acrobat.
* mekaniesj�n : mekanieker.
* mennougewijf : m�nage(fr), huismoeder, huishoudster.
* metsediendre : metseldiener, aspirant-metselaar.
* metsre : metselaar.
* nonderpastre : onderpastoor.
* oog'n piet : hoogwaardigheidsbekleder.
* pastre : pastoor.
* puttrettetrekkre : fotograaf, soms ook fototoestel.
* plote : handelaar.
* poatre : pater.
* rondluupre : huis aan huis leurder.
* sampettre : veldwachter.
* schildrirre : schilder.
* schoenmokkre : schoenmaker.
* schrijvre : bediende.
* slunsemarsang : voddenhandelaar.
* sint eloei : sint elooi, patroonfeest metaalbewerkers op 1 december.
* spijsre : voeger.
* stoelwijf : vrouw welke het stoelgeld komt ophalen in de kerk gedurende de kerkdiensten.
* tantiest : tandarts.
* tapieseerdre : behanger.
* tjoldre, tjooldre : harde werker, iemand die het moeilijk heeft om zijn doel te bereiken.
* trimard : naam voor vlaamse seizoenarbeiders op franse bietenvelden in noord frankrijk midden vorige eeuw.
* velomokkre : fietshersteller.
* vispiete : vishandelaar op ronde.
* vietrenir : v�t�rinaire(fr), veearts.
* weversm�stag : weversmisdag, patroonfeest wevers op 2.maandag na 1 januari.
* wirkmens : arbeider.
* witte kiel : bediende.
* zandstuivre : infanterist bij de landmacht.
* zwaontje : gemotoriseerde rijkswachter.
Terug naar de funny teksten
|